Het gebit van een ouder wordend paard laten controleren

De tanden van paarden slijten gedurende het leven af. Bij het ouder wordende paard kan het daarom voorkomen dat er meer gebitsproblemen ontstaan waardoor deze paarden minder goed kunnen kauwen en daardoor vermageren. Voor alle paarden is het belangrijk dat het gebit jaarlijks wordt gecontroleerd, maar voor oudere paarden zeker. Loszittende kiezen, overmatig tandsteen, diastasen (ruimte tussen de kiezen) of de aandoening EOTRH kunnen voor ongemak zorgen waardoor het paard minder goed gaat eten. In sommige gevallen is het aan te raden om de voeding aan te passen, bijvoorbeeld een senioren slobber en hooi dat het paard wel gemakkelijk kan eten. Let bij oudere paarden vooral op of ze proppen ontwikkelen (voedsel dat half gekauwd uitgespuugd wordt), vermageren of een langere tijd nodig hebben voor hun eten. Dat zijn signalen die wijzen dat er iets veranderd in het gebit.

De voedingsbehoefte van een ouder paard verandert

Bij een ouder wordend paard verandert de voedingsbehoefte. Zo hebben oudere paarden een andere verhouding van calcium, fosfor en magnesium nodig dan jonge paarden. Ook hebben oudere paarden meer behoefte aan zink en selenium. Doordat oudere paarden vaak minder goed ruwvoer kunnen eten komen ze sneller vitamine B en K tekort. Oudere paarden die moeite hebben om op gewicht te blijven hebben vaak baat bij een verhoogde eiwit gift.

Spieropbouw gaat moeizamer bij oudere paarden

Ouder wordende paarden verliezen gemakkelijker spiermassa en hebben meer moeite om spieren op te bouwen. Het is daarom belangrijk om de voeding aan te passen naar meer (en goede kwaliteit) eiwitten. Erwteneiwit of voeding speciaal voor oudere paarden kan het paard ondersteunen om de spiermassa op peil te houden. Gemiddeld heeft een ouder paard zo'n 14% meer eiwit nodig. Vooral de essentiele aminozuren tryptofaan, lysine en threonine zijn belangrijk voor het behoud van spiermassa.

Spijsvertering van een ouder paard werken minder goed

Gedurende de jaren neemt het vermogen om voedsel te verteren en de opname van voedingsstoffen af. Dat is de reden dat oudere paarden een verhoogde behoefte hebben aan eiwit, energie en vitamines en mineralen. Volwassen paarden kunnen zelf vitamine C in de lever vormen uit glucose, maar bij oudere paarden neemt deze productie af doordat de lever minder gaat functioneren.

Doordat de darmwerking van oudere paarden afneemt zijn deze paarden gevoeliger voor koliek en veranderingen in het rantsoen. Daarnaast kunnen oudere paarden een grote hoeveelheid suikers niet goed verwerken en ontstaat er bij grote hoeveelheden suikers een vergrote kans op stofwisselingsziekten.

PPID bij oudere paarden

20-30% van de paarden ouder dan 15 jaar krijgen PPID (ook wel Cushing genoemd). PPID is een verstoring in de hormoonhuishouding die geregeld wordt vanuit de hypofyse. Paarden met PPID zijn gevoeliger voor hoefbevangenheid en hebben meer moeite om hun temperatuur goed te regelen.

Gewrichtsslijtage komt met de jaren

Artrose is één van de bekendste ouderdomskwalen bij paarden. Artrose is een pijnlijke gewrichtsslijtage dat in alle gewrichten kan voorkomen. Het kan op elke leeftijd voorkomen, maar vooral bij ouder wordende paarden door de afname van kraakbeen en een verminderde kwaliteit van gewrichtsvloeistof.

Paarden zijn meesters in het verbergen van ongemakken, vaak als ze de pijn/ongemak tonen is er een serieus probleem aan de hand. Artrose is niet te genezen, maar het is wel mogelijk om het kraakbeen in goede conditie te houden. Het is aan te raden om tijdig te starten met het bijgeven van silicium. Dat is namelijk de bouwstof voor al het bindweefsel. Maar nog belangrijker, silicium stimuleert de aanmaak van lichaamseigen glucosamine. Door tijdig te starten met silicium kan het ontstaan (of verergering) van artrose worden vertraagd.

Daarnaast hebben cannabinoïden een zeer positief effect bij artrose (gecombineerd met silicium). Cannabinoïden werken namelijk pijnstillend, ontstekingsremmend en brengen het lichaam weer in balans.

Voor paarden met gewrichtsslijtage is het belangrijk om een balans te vinden tussen voldoende rust en beweging. Rust roest, maar overmatig bewegen kan ook een negatief effect hebben. Heeft jouw paard artrose? Geef deze dan voldoende vrije beweging en zorg dat jouw paard warm blijft. Deze paarden hebben vaak opstartproblemen, maar zodra ze warm zijn gaat het soepeler.

Algehele weerstand wordt minder

Paarden op leeftijd hebben meer moeite om hun weerstand hoog te houden. Ze zijn gevoeliger voor weerswisselingen en infecties. Ondersteun daarom jouw paard indien nodig om de weerstand hoog te houden. Oudere paarden hebben vaak baat bij een detox zodat afvalstoffen worden afgevoerd en zij voedingsstoffen weer beter kunnen opnemen. Wees wel voorzichtig met een detox als jouw paard leverproblemen heeft of een verminderde weerstand. Een detox vergt namelijk veel energie van een paard, doe deze daarom alleen als het paard zich goed voelt.

Conclusie

Afhankelijk van hoe jouw oudere paard zich voelt is het belangrijk om aanpassingen te doen. Houd daarom jouw paard goed in de gaten en grijp in als je ziet dat er dingen veranderen. Maak een afspraak met de tandarts of dierenarts als jouw paard mager wordt of moeilijker eet. Neem het rantsoen onder de loep, krijgt jouw paard nog voldoende vitamine C, fosfor en eiwitten? Vraag eventueel een voedingsadviseur om mee te kijken naar het rantsoen.

En hoe voelt jouw paard tijdens arbeid? Is die stijver aan het worden, of af en toe onregelmatig? Dit kan een teken zijn van (beginnende) artrose. Het is aan te raden om ouder wordende paarden silicium bij te geven. Start hier tijdig mee zodat de aanmaak van glucosamine op peil blijft.

Houd ook niet strikt de grens van 15 jaar aan voor een ouder paard. Elk paard is anders en dient als individu behandeld te worden.