Ideaal staat paard nooit zonder ruwvoer

In het ideale plaatje speelt deze kwestie natuurlijk niet, want we zien het liefste dat paarden 24/7 ruwvoer beschikbaar hebben en dus nooit met een lege maag staan. Maar dit is niet voor alle paarden en op alle stallen mogelijk. Op veel pensionstallen is er nog steeds sprake van ruwvoerrondes en krachtvoerrondes. En dan speelt het wel en is het wel belangrijkrijk om eerst het ruwvoer te geven.

Ruwvoer stimuleert speekselproductie

Wij mensen maken continu speeksel aan, maar bij paarden werkt dit anders. Deze maken alleen speeksel aan tijdens het kauwen, bij elke kauwbeweging wordt de speekselklier gestimuleerd om een beetje speeksel aan te maken. Dit speeksel is belangrijk voor het zacht maken van de voedselbrij, maar vooral ook voor het neutraliseren van het maagzuur. Dus hoe meer een paard kauwt, hoe meer speekselproductie en hoe minder last paarden hebben van het maagzuur. Dit verkleint weer de kans op maagzweren. Paarden moeten heel veel kauwen op ruwvoer, voordat ze het kunnen doorslikken. Bij het eten van ruwvoer komt er dus heel veel speeksel vrij.

Krachtvoer kauwen = weinig speeksel

Een paard eet een kilo krachtvoer snel weg, binnen 10-15 minuten is het zeker wel op. Terwijl een paard zo’n 40 minuten doet over een kilo hooi. Een paard hoeft op krachtvoer ook veel minder te kauwen, hierdoor komt er bij het eten van krachtvoer maar weinig speeksel vrij en gaat het eten zeer snel naar de maag.

Ruwvoer remt het krachtvoer

Als je jouw paard eerst ruwvoer geeft, dan “valt” het krachtvoer daarna op een bedje van ruwvoer in de maag. Ten eerste is de maag dan al beter beschermt tegen het rijke krachtvoer waardoor de kans op maagzweren wordt verkleind. Maar het krachtvoer blijft ook langer in de maag, hierdoor kan de vertering van o.a. eiwitten beter plaatsvinden en kunnen de stoffen uit het krachtvoer beter worden benut. Zonder het ruwvoer zal het krachtvoer de maag veel te snel weer verlaten en mist het een deel voorvertering waardoor het later in de darmen niet volledig benut kan worden.

Geef jouw paard ook maar een kleine portie krachtvoer per keer, liefst niet meer dan een kilo per voerbeurt maar zeker niet meer dan twee kilo per voerbeurt. De maag van een paard is namelijk maar klein. Bij grote hoeveelheden “zwaar” voer zal de maag zich ineens gaan ledigen terwijl er dan nog geen spijsvertering heeft plaatsgevonden. Het krachtvoer komt dan onbenut er weer uit via de mest. In het ergste geval kan er zelfs een maagruptuur ontstaan als de maag over vult raakt.

Conclusie: Beter voor de maag én vertering

Eerst ruwvoer geven aan jouw paard is alleen maar positief. Het zorgt er namelijk voor dat er meer speekselproductie is waardoor de mag wordt beschermd. Maar daarnaast zorg je ervoor dat het krachtvoer een langere periode in de maag blijft, hierdoor zal het krachtvoer beter verteerd worden en worden deze voedingsstoffen ook echt benut door het paard.