Staar je daarom niet blind op dat jouw paard natuurlijk moet leven, maar kijk goed naar jouw paard. Hieronder een aantal tips om jouw paard natuurlijk te houden.

Tip 1: Schraal/arm ruwvoer zodat je onbeperkt kan voeren

Van nature eten paarden schraal. Geen gras dat meerdere keren per jaar bemest wordt met kunstmest, maar gras dat maar een korte periode sappig is en daarna stengelig en uitgebloeid is. Veel kruiden, takken, boomschors en struiken. En dat gedurende zo’n 20 uur per dag, bij elke stap een hapje. Het is dus logisch dat veel paarden niet onbeperkt kunnen eten van het ruwvoer dat wij paarden voorschotelen.

Voor veel paarden/pony’s kan je de mogelijkheid tot onbeperkt eten wel inzetten, mits je daar het ruwvoer op aanpast! Schraal/arm hooi is dan de sleutel. Dus laag in energie, suiker en eiwit. Ruwvoer dat dus voornamelijk bestaat uit vezels en waar het paard hard voor moet werken om te kunnen verteren. Dat eventueel deels aangevuld met een beetje gerstestro, takken, struiken, bomen. Helemaal als dit in slowfeeders wordt gedaan en op verschillende plekken in de paddock wordt gegeven. Hiermee stimuleer je de beweging en moet het paard “werken” om te kunnen eten.

Tip 2: Zoveel mogelijk buiten

Helaas zijn er nog steeds plekken waar paarden (in de winter) 23 uur per dag binnen staan en eigenlijk alleen buiten de stal komen als de eigenaar er is. Vaak betekend dit dan ook dat het paard aan het werk moet en er dus geen sprake is van vrije beweging en eigen keuze in bewegen. Zoek en kies daarom de stalling waarbij jouw paard wel veel vrije beweging krijgt. Dus waar jouw paard alleen voor de nacht op stal komt of waar die zelfs 24/7 buiten staat. En niet alle paarden worden gelukkig van 24/7 buiten, sommige paarden houden van rust in de nacht. Maar zorg er dan voor dat jouw paard dan wel minimaal 12 uur buiten staat overdag. En ook paarden die hoger in de sport lopen, dienen voldoende vrije beweging te krijgen en heerlijk buiten te staan.

Tip 3: Zorg voor minimaal 1 maatje

Paarden zijn kudde dieren en het sociale contact met elkaar is enorm belangrijk voor hun mentale en ook fysieke gezondheid. Elkaar kroelen, elkaars aanwezigheid, stoeien, samen rennen en samen slapen is een belangrijk onderdeel van het paardenleven. Het geeft vriendschappen en zorgt voor veiligheid. Zorg er daarom voor dat jouw paard nooit alleen staat en altijd minimaal 1 maatje erbij. Zorg ook voor een stabiele kudde met weinig wisselingen. Want bij elke wisseling zal de rangorde onder druk komen te staan en zal dit zorgen voor een onstabiele groep. En besef dat paarden tot een jaar nodig hebben om helemaal thuis te zijn op een nieuwe plek en in een nieuwe groep. Introduceer nieuwe paarden daarom rustig, gooi ze er niet zomaar bij en geef ze de tijd om aan elkaar te wennen.

Tip 4: Voer wat jouw paard van nature eet

Paarden eten van nature kruiden en dan alleen wat ze op dat moment kunnen krijgen. Dus niet het gehele jaar door paardenbloem of brandnetel. Paarden eten dus eigenlijk met de seizoenen mee, in het voorjaar en de zomer betekend dit vaak een overvloed aan kruiden en verschillende soorten grassen en in de winter komt daar meer boomschors en takken bij kijken.

En een paard eet bijna geen graan van nature, tuurlijk komen ze wel is een tarweplant tegen en eten ze een paar graankorrels. Maar ze eten dan de gehele plant, waardoor het zetmeel uit de granen verwaarloosbaar zijn. Kijk daarom ook op die manier naar het krachtvoer dat jouw paard krijgt. Van nature eet een paard weinig suikers/zetmeel, zorg daarom dat jouw krachtvoer ook laag is in suikers en zetmeel (en dus vrij is van granen). En zitten er kruiden in jouw krachtvoer? Wissel dan regelmatig van krachtvoer zodat je niet maandenlang achter elkaar dezelfde kruiden geeft. Het is namelijk altijd aan te raden om elke 6-8 weken een periode te stoppen met hetzelfde kruid, om gewenning en contra werking tegen te gaan.

Niet elk paard is hetzelfde!

Staar je niet blind op natuurlijk paardenhouden, maar kijk wat past bij jouw paard. Ontwikkeld jouw paard gedragsproblemen? Kijk dan of het management van de huidige stalling aangepast kan worden, zo niet, verhuis dan jouw paard naar een plek waar hij/zij wel gelukkig kan worden. Daarbij kunnen wij als paardeneigenaar zelf al een aantal gemakkelijke stappen maken door voeding aan te passen waardoor jouw paard weer een stukje dichter bij de natuur komt.

Elk paard is uniek en heeft eigen behoeftes, wat dus perfect is voor het ene paard hoeft totaal niet te werken voor het andere paard. Ga daarom nooit vergelijken met het paard van de buren, maar kijk specifiek naar de behoeften van jouw paard. Wij zijn wel van mening dat elk paard het fijn vindt om zo dicht mogelijk bij de natuur te kunnen leven. Dus zoveel mogelijk vrije beweging, soortgenoten om zich heen en een veilige omgeving met goede voeding.