Hoe zit het met vitamine D bij paarden?
Over vitamine D bij paarden hoor je niet vaak. Meestal wordt aangenomen dat paarden deze vitamine zelf wel aanmaken onder invloed van zonlicht. Maar hoe zit dat met paarden die altijd een deken op hebben? Of paarden die veel op stal staan? Wat ook niet iedereen weet, is dat veel paarden een extra behoefte aan vitamine D hebben. Bijvoorbeeld doordat ze flink trainen, wat ouder zijn of zomereczeem hebben. We zetten alles over vitamine D bij paarden voor je op een rijtje.
Overig
Voeding
6 augustus '21 • 4 min leestijd
Vitamine D is belangrijk voor:
- Botaanmaak en botsterkte (bij een tekort ontstaat botontkalking en Engelse ziekte)
- Leverfunctie en levergezondheid
- Insuline-gevoeligheid en voorkomen metabool syndroom (EMS)
- Een sterk immuunsysteem
- Energie in de spieren (bij een tekort ontstaat spierzwakte)
Problemen in het lijf – van mensen en van paarden – zorgen vaak dat het gebruik van vitamine D omhoog gaat. In die gevallen heeft een paard dan ook meer vitamine D nodig.
Je paard heeft een hogere behoefte aan vitamine D bij:
- Allergieën en immuunproblemen zoals CPL, zomereczeem
- Spiervermoeidheid
- Lever- en nieraandoeningen
- Verzuring in het lichaam (metabole acidose)
- Opgroeien (jonge paarden en veulens)
- Ouderdom
- Grote inspanning
Een vitamine D-tekort kan ontstaan:
- Als een paard het grootste deel van de dag binnen staat
- Als een paard overdag (UV-werende) dekens op heeft
- Als een paard één van bovenstaande aandoeningen heeft
- Bij jonge of juist oude paarden
- Bij paarden die flink moeten werken
- Bij overmatig wassen van het paard of gebruik van sprays die het huidvet oplossen
- Als een paard geen zongedroogd ruwvoer krijgt
- Als een paard geen balancer met vitamine D krijgt
- Een combinatie van deze dingen
Hoe werkt vitamine D in het paardenlichaam?
Vitamine D is eigenlijk geen vitamine, maar een hormoon. Het is nodig voor de opname van calcium en fosfaat en de vorming van sterke botten. Er is ook een verband tussen een tekort aan vitamine D en een verhoogd risico op kanker. Er zijn twee soorten vitamine D: vitamine D3 en vitamine D2. D3 wordt aangemaakt in de huid van dieren, onder invloed van zonlicht. Vitamine D2 ontstaat in planten die zijn gemaaid en daarna aan zonlicht worden blootgesteld: in zongedroogd hooi bijvoorbeeld. De belangrijkste bron van vitamine D voor mensen, en voor veel paarden, is de aanmaak in de huid onder invloed van zonlicht. D3 dus. Bij paarden gaat die aanmaak wat langzamer dan bij mensen, zeker bij paarden die een donkere kleur hebben. De belangrijkste voedingsbron van vitamine D voor paarden is zongedroogd gras. Hierin zit vitamine D2. In vers gras zit geen of weinig D2, de vitamine wordt aangemaakt in de plant na het maaien, als het gras in de zon ligt. Het blijft een tijdlang in het zongedroogde hooi aanwezig, maar de gehaltes nemen af in oud hooi dat bijvoorbeeld een jaar heeft gelegen. Ook als het hooi korter droogt, zoals bij voordroogkuil het geval is, zal er minder vitamine D2 in het hooi zitten. Ouder, langer en uitgebloeid gras bevat meer vitamine D2 dan korter, jonger gras. Zowel vitamine D2 als D3 gaan door een aantal ‘activatiestappen’ voordat ze echt gebruikt worden in het lichaam. De lever verwerkt de stoffen tot zogenaamde D-metabolieten, die daarna in het bloedplasma door het lichaam verspreid worden. De werking van D2 en D3 is niet helemaal gelijk, het lijkt erop dat D3 (uit de zon of bijvoorbeeld visolie) veel krachtiger werkt dan D2.
Tekort aan vitamine D door dekens?
Naar de invloed van dekens op de aanmaak van vitamine D is niet veel onderzoek gedaan. Eén kleine studie in Nieuw Zeeland met gewone dekens liet een klein verschil zien tussen paarden mét en zonder deken. In de zomer was duidelijk sprake van meer vitamine D in het bloed dan in de winter. De onderzoekers constateren dan ook, dat het bijvoeren van vitamine D in de winter een goed idee kan zijn. Het verschil tussen de paarden met en zonder dekens was niet zo groot, maar in Nieuw Zeeland is de UV-intensiteit veel hoger dan in Nederland of België, ook als mens verbrandt je daar veel sneller. Bovendien ging het om gewone dekens, die nog wel straling doorlaten en niet om UV-werende dekens die tegenwoordig ook vaak gebruikt worden. Tenslotte waren de paarden in dit onderzoek gezond en liepen ze 24 uur per dag buiten. Als jouw paard een hogere vitamine D behoefte heeft, vanwege bijvoorbeeld zomereczeem, en altijd alleen met een UV-werende eczeemdeken buitenkomt, dan kan het dus heel goed zijn dat hij ook in de zomer te weinig vitamine D binnenkrijgt. Het is echt per paard verschillend. Ook paarden die veel op stal staan en geen zongedroogd hooi maar verpakte kuil krijgen, kunnen een vitamine D tekort ontwikkelen. Sprays tegen insecten en veelvuldig wassen van een paard, kunnen bovendien de olierijke natuurlijke beschermlaag van de paardenhuid aantasten. Hierdoor kan het paard minder D3 zelf aanmaken.
Samenvatting: wanneer moet je een paard vitamine D bijvoeren?
Vitamine D is een zeer belangrijke vitamine voor de botten, spieren en het immuunsysteem van paarden. Gezonde volwassen paarden die de hele dag buiten komen en zongedroogd hooi eten, zullen over het algemeen geen tekort aan vitamine D hebben. Paarden die jong zijn, oud zijn, immuunproblemen hebben, allergiën, zomereczeem, lever-of nieraandoeningen, flink trainen of de hele dag op stal of onder een UV-deken staan, kunnen wel degelijk een tekort aan vitamine D ontwikkelen. Voor deze paarden kan een supplement een goed idee zijn. Een balancer met hooggeconcentreerde mineralen is altijd de basis aanvulling voor paarden.
Bronnen:
https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/vitamine-d.aspx
Azarpeykan S, Dittmer KE, Gee EK, Marshall JC, Wallace J, Elder P, Acke E, Thompson KG. Influence of blanketing and season on vitamin D and parathyroid hormone, calcium, phosphorus, and magnesium concentrations in horses in New Zealand. Domest Anim Endocrinol. 2016 Jul;56:75-84. doi: 10.1016/j.domaniend.2016.03.003. Epub 2016 Mar 19. PMID: 27131337.
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/27131337/