Het Equine Influenza is een virus (type A, Subtype H3N8) dat de luchtwegen van het paard aantast. Influenza is een zeer besmettelijke ziekte die ernstige symptomen kan geven bij het paard. Vanwege de extreme besmettelijkheid zit influenza in het basis vaccinatieschema.
Influenza heeft een incubatietijd van 1-3 dagen. Het paard is in die dagen al wel besmettelijk maar toont nog geen ziekteverschijnselen. Influenza heeft een aantal zeer duidelijke symptomen, namelijk:
In een later stadium kunnen de symptomen veranderen naar groen/gele pusachtige neusuitvloeiing, slijm en een ernstige longontsteking. Vaak komen deze symptomen niet door het virus, maar doordat een bacterie misbruik maakt van de verminderde weerstand van het paard. Voor veulens kan het influenza virus dodelijk zijn, maar volwassen paarden krijgen vooral problemen doordat andere bacteriën en virussen doordringen en het paard nog zieker maken. Ook dit kan de dood tot gevolg hebben.
Paarden die besmet zijn met influenza dienen te worden geïsoleerd ter voorkoming dat andere paarden worden besmet. Ook dienen de verzorgers de juiste maatregelen te nemen om verdere verspreiding van het virus te voorkomen. Verspreiding van het virus gaat namelijk van dier op dier, maar ook via mensen, waterbakken en poetsspullen. Ook kunnen de vochtdeeltjes van hoestende paarden zeer ver rijken.
De paarden dienen absolute rust te krijgen en veel frisse lucht. Paarden die extreem hoge koorts hebben en daardoor stoppen met eten en drinken kunnen baat hebben bij koortsremmers. In geval van een longontsteking (secundair symptoom door een bacterie) kan er antibiotica worden ingezet. Paarden die moeten herstellen van influenza dienen daarvoor genoeg tijd te krijgen. Als algemene regel wordt gesteld dat voor elke dag koorts er minimaal 1 week hersteltijd gegeven dient te worden. Ook zijn paarden na een besmetting nog zo’n 50-100 dagen vatbaarder voor andere virussen en bacteriën.
Als het merendeel van de paarden in de omgeving is geënt is er een lagere infectiedruk en een betere weerstand tegen het influenza virus. Bij een verlaagde weerstand kan het paard dan alsnog influenza krijgen, maar dan meestal in een mildere vorm. Een ongevaccineerd paard zorgt voor een vergroot aantal virusdeeltjes in de groep, hierdoor is het besmettingsgevaar groter en lopen gevaccineerde paarden ook risico.
Vermoed je influenza? Jouw dierenarts kan dit vaststellen door een neusswab te nemen. Belangrijk is wel dat deze paarden bij verdenking alvast apart worden gehouden.